De zijden van de driehoek ABC hebben gehele getallen als lengte en de omtrek is 7. Bepaal alle mogelijke lengtes van zijde AB.
Antwoord
Volgens de driehoeksongelijkheid is de grootst mogelijke zijde 3. Want stel dat het 4 zou zijn dan blijft er nog voor de som van de andere zijden 3 over en omdat elke zijde kleiner is dan de som van de andere twee, kan dat niet
Ze kunnen ook niet alle drie een lengte kleiner dan 3 hebben omdat de omtrek anders nooit 7 kan zijn.
Er is dus een zijde met lengte 3. Voor de andere zijden heb je dan 2 en 2 of 1 en 3.
F(x) is een veelterm met gehele coëfficiënten en waarvan de coëfficiënt van de hoogste graads term 1 is. Bovendien neemt f(x) de waarde 5 aan voor 4 verschillende gehele getallen. Bewijs dat f(x) nooit de waarde 8 kan aannemen.
Antwoord
Neem g(x) = f(x) – 5. Dan heeft g(x) 4 verschillende nulwaarden: a,b,c en d.
We kunnen dus schrijven dat g(x) = (x – a)(x – b)(x – c)(x – d)h(x) ofwel f(x) = (x – a)(x – b)(x – c)(x – d)h(x) + 5. Hierbij is h(x) een veelterm met gehele coëfficiënten.
Veronderstel dat er toch een y zou bestaan zodat f(y) = 8, dan zou
(y – a)(y – b)(y – c)(y – d)h(y) = 3.
De 5 factoren in het linkerlid zijn allen gehele getallen, waarvan de 4 eerste zeker al verschillend zijn. Omdat 3 = 1.3 of 3= (-1). (-3) kan je nooit 4 verschillende factoren hebben.
De waarde 8 kan dus nooit bereikt worden door f(x).