Een paar opeenvolgende priemgetallen waarvan de afstand 2 is, noemen we een priemtweelingen. Buiten de eerste priemtweelingen 3-5 vinden we bijvoorbeeld ook 5-7, 11-13, 17-19,… Ze ontstaan allemaal (behalve 3-5), door vertrekkend van 5-7, een translatie uit te voeren over 6 eenheden. Dit is logisch want een priemgetal is altijd van de vorm 6k+1 of 6k-1.
Een Python programma om alle priemtweelingen kleiner dan 1000 te bepalen:
De output:
Een paar ‘leuke ‘ eigenschappen, die zeer eenvoudig te bewijzen zijn:
- Een priemtweelingen heeft een symmetriemidden dat steeds een 6-voud is.
- De som van twee elementen van een priemtweelingen is steeds een 12-voud.
- De afstand voor de overeenkomstige elementen van twee priemtweelingen is steeds een 6-voud.
- De afstand van het grootste getal van de kleinste priemtweeling tot het kleinste getal van de grootste priemtweelingen is een 6-voud min 1.
- Er bestaat geen grootste priemtweeling.